Over groei?
Mijn eerste associatie met het begrip “groei” wordt gevormd door de 18e stelling in mijn proefschrift van 16 december 1988. Het was in de dagen van het zogenaamde rapport van Rome waarin allerlei wetenschappers en experts een catastrofale ontwikkeling voorspelden voor het leven, de natuur en de atmosfeer op onze planeet wanneer we er niet in zouden slagen om de economische groei in de zogenaamde westerse landen een halt toe te roepen en een einde te maken aan de uitputting van onze natuurlijke bronnen. Zo voegde ik een extra stelling toe aan de gebruikelijke stellingen in mijn proefschrift die te maken hadden met het onderwerp van dat proefschrift. En die luidde: “De gebruikelijke grafieken die worden aangewend om de economische groei in de westerse landen weer te geven, geven te weinig uitdrukking aan het kwaadaardige karakter van deze groei”. Mijn tweede associatie met het begrip “groei” ligt natuurlijk in het menselijk embryo waarover ik nu al meer dan 30 jaar lang lezingen, cursussen en seminars geef. Van het menselijk embryo heb ik echt geleerd wat groeien en ontwikkelen eigenlijk betekenen en dit zijn dan ook de belangrijke items geworden die ik mensen te vertellen heb als ik ze bekend maak met “het embryo in ons”.
Ik denk dat beide associaties mij tot de titel van mijn voordracht (talk) hebben gebracht:
GROEI, NIET DOOR TOENAME ALLEEN – LESSEN VAN HET MENSELIJK EMBRYO
Overwegingen
Als bioloog (embryoloog) beschouw ik groei als een wezenlijk kenmerk van de levende natuur. Groei is naar mijn idee een vorm van gedrag en een noodzakelijk maar niet voldoende voorwaarde voor de ontwikkeling van een organisme. Ik beschouw de mensheid als een soort van organisme, zoals een menselijk wezen een organisme is. In een organisme hebben we te maken met cellen organen in samenhang met en in integratie met elkaar. In de mensheid, net zo goed als in menselijke populaties en instellingen, hebben we te maken met menselijke individuen die in sociale samenwerking en samenhang met elkaar bestaan. Daarom denk ik wij van de levende natuur kunnen en moeten leren hoe sociale organismen op een passende en natuurlijke manier zouden moeten groeien en ontwikkelen. Ik heb echter ook van het geleerd dat onze gebruikelijke opvattingen over wat groei en ontwikkeling vaak kwantitatieve ideeën zijn die in feite onjuist zijn en niet levens-eigen zijn en daarom schadelijk en gevaarlijk zijn of kunnen worden voor de gezondheid van sociale organismen zoals de mensheid op deze planeet.
In mijn talk ga ik proberen aan te tonen dat er verschillende manieren en gebaren van groei en ontwikkeling bestaan in de levende natuur. En dat voor levende en sociale organismen andere parameters van groei moeten worden toegepast dan voor de fysieke, zogenaamd “dode” organische en anorganische materie. In deze laatste dimensie is het principe van kwantitatief groeien door middel van vermenigvuldiging, herhaling en vermeerdering, het principe van groei. Om een dergelijk principe van groei ook toe te passen op levende organismen is een voorbeeld van hetzelfde type “denkongeluk” als het paradigma dat het ook voor levende organismen geldig zou zijn dat “de som het totaal van de delen is” (reductionisme). Groei vindt in een levend organisme altijd iedereen wat plaats in ruimte maar ook in de tijd, is niet enkel meetbaar aan de hand van kwantitatieve parameters maar heeft ook kwalitatieve parameters nodig: het is een kwestie van emergentie (aan het licht komen) en niet enkel een kwestie van “meer van hetzelfde” zoals we dat gewoonlijk toepassen in onze eenvoudige economische groeimodellen. Uiteindelijk zou de levende natuur ons kunnen leren hoe het is om te groeien op een ecologische en niet enkel op een economische manier. Naar mijn mening is het grootste getal of de grootste eenheid die wij denken kunnen EEN, of het ENE en niet VEEL of het VELE (de miljarden en de miljoenen, enzovoort). Levende organismen streven altijd naar EENHEID. Dat EEN-zijn is daarmee nooit de som of het resultaat van de delen, de deeltjes, de cellen, van het vele om zo te zeggen. Pure groei alleen als zijnde het streven naar meer, beter, groter, superieurder, is eigenlijk een pathologische fenomeen, indien het de enige drijfveer is en niet in tegenwicht ondervindt in het tegenovergestelde streven in het organisme, namelijk naar eenheid en heelheid.
Meer lezen? Open onderstaande link.