Fascie en embryo

 

WAT HEEFT HET EMBRYO TE VERTELLEN OVER FASCIE? EEN NIEUW PERSPECTIEF

Voor ARTIKELEN over Fascie, Embryo en Propriocepsis ga naar Kennisbank

Verantwoording

Dit heeft veel te maken met mijn  wetenschappelijke  biografie.  In 1988  promoveerde ik als arts-anatoom in opleiding aan de Universiteit van Maastricht in Nederland op het proefschrift The morphological substrate of proprioception in the lateral elbow region of the rat. In dit proefschrift  wordt voortgeborduurd  op het concept dat ontwikkeld was aangaande de architectuur van bindweefsel en spierweefsel in het houdings- en bewegingsapparaat in de jaren 70 en 80  van de vorige eeuw door mijn collegae Henk van Mameren en Jan Drukker. In deze theorie wordt beschreven dat ook voor propriocepsis en de organisatie daarvan het concept van architectuur veel  zinvoller en functioneler dan het gebruikelijke denken in anatomisch te onderscheiden eenheden als banden, botten, spieren en gewrichten. In feite betrof het hier een pleidooi voor het uitgangspunt dat de regionale beschrijving van het substraat van propriocepsis functioneler en geëigender is dan de beschrijving van dit substraat gerelateerd aan afzonderlijke anatomische structuren.

Vele jaren later, wanneer ik in het eerste decennium van deze eeuw via mijn werk in het kader  van mijn project Embryo in Beweging kennismaak met onder meer de osteopathie en craniosacraaltherapie, neem ik ook kennis de opvattingen van ene Andrew Taylor Still over het bindweefsel in het menselijk lichaam en de beschouwing van dit bindweefsel als een organisch systeem, meestal kortweg aangeduid als ‘de fascie’.  Als regulier medisch anatoom wordt men doorgaans niet over deze zienswijze en een dergelijk concept  geïnformeerd. Het denken in architectuur is te beschouwen als een soort complementaire zienswijze ten opzichte van het analytische denken in afzonderlijke discrete eenheden en structuren zoals de klassieke, reguliere, zogenaamd wetenschappelijke anatomie dat praktiseert. De meer holistische  embryologie die ik in mijn cursussen vertolkte, bracht mij ertoe om in het zogenaamde ‘mesoderm’ de dimensie te herkennen die A.T. Still functioneel en filosofisch met ‘de fascie’ verbindt .

In 2009 kreeg ik de gelegenheid om mijn inmiddels onder het stof geraakte visie over de functionaliteit van de architectuur van bindweefsel in het de organisatie van de propriocepsis in het houdings-en bewegingsapparaat van 1988 opnieuw te presenteren in het kader van het tweede International Congress on Fascia Research in Amsterdam. Daar introduceerde ik een meer fenomenologische kijk op de organisatie van het bindweefsel en het zogenaamde mesodermale kiemblad dat in een dergelijke beschouwingswijze ook meer het orgaan dan wel het systeem van ons “innerlijk” wordt.

Deze visie werd door de aanwezige onderzoekers en praktiserende therapeuten herkend en ook als praktisch toepasbaar gewaardeerd. Daarna is van mijn hand een aantal artikelen verschenen waarbij dit concept van architecturaal en holistisch beschouwen van het bindweefsel verder wordt uitgewerkt.

Op deze website kunnen enkele van mijn artikelen die over fascia en propriocepsis handelen, worden gedownload als ook enkele PowerPoint presentaties van lezingen die ik op diverse internationale congressen verzorgde.

Ga naar de Kennisbank (Artikelen fascia).